Vitamine D3 is een van de belangrijkste vitamines voor het menselijk lichaam. Het zorgt ervoor dat calcium en fosfor goed worden opgenomen, wat essentieel is voor sterke botten, gezonde tanden en een goed werkend immuunsysteem. Toch blijkt uit onderzoek dat veel mensen, zelfs in de zomer, niet voldoende vitamine D3 aanmaken via zonlicht. Alleen tussen mei en september, en dan nog slechts tussen 11:00 en 15:00 uur, is de zon krachtig genoeg voor voldoende productie. Daarbij brengt langdurige blootstelling aan zonlicht weer andere gezondheidsrisico’s met zich mee.
Vitamine D3 en het brein
De afgelopen jaren is duidelijk geworden dat vitamine D3 ook een belangrijke rol speelt in het behoud van een gezond brein. Verschillende wetenschappelijke studies laten zien dat een tekort aan vitamine D3 het risico op dementie, waaronder de ziekte van Alzheimer, verhoogt. Mensen met een laag vitamine D3-gehalte hebben tot 1,57 keer meer kans op het ontwikkelen van Alzheimer. Ook bij andere vormen van dementie, zoals vasculaire dementie, is het risico hoger bij een tekort.
Een te lage vitamine D3-spiegel kan leiden tot een slechter werkend geheugen, minder concentratie en problemen met taal of probleemoplossend vermogen. Vooral ouderen en mensen met milde geheugenklachten lopen extra risico. Regelmatige inname van vitamine D3 blijkt het risico op Alzheimer met 17% te verlagen. Ook het gebruik van multivitaminen draagt bij aan een lager risico op vasculaire dementie.
Resultaten van grote studies
Een grootschalig onderzoek onder ruim 269.000 mensen tussen de 55 en 69 jaar toonde aan dat een vitamine D3-tekort (bloedwaarde <30 nmol/L) het risico op dementie met 19 tot 25% verhoogt. Bij een iets hogere, maar nog steeds onvoldoende waarde (30-50 nmol/L), is het risico 10 tot 15% hoger. Regelmatig gebruik van vitamine D3-supplementen verlaagt het risico op Alzheimer, terwijl multivitaminen het risico op vasculaire dementie kunnen verkleinen.
Vitamine D3 uit voeding en supplementen
Het lichaam haalt maar weinig vitamine D3 uit voeding. Alleen vette vis, eieren en levertraan bevatten kleine hoeveelheden. Bovendien kunnen factoren als diabetes, overgewicht, roken, stress en sommige medicijnen de opname verder verminderen. Zelfs bij gebruik van levertraan blijft het vitamine D3-gehalte soms te laag. Daarom is aanvulling met een goed supplement vaak noodzakelijk. Vitamine D3 wordt het beste opgenomen in olievormige capsules of druppels.
Brede gezondheidsvoordelen
Vitamine D3 heeft nog meer voordelen:
– Botten: Samen met vitamine K2 zorgt het voor stevige botten en minder kans op botbreuken bij ouderen.
– Kanker: Hogere vitamine D3-waarden kunnen het risico op prostaat-, darm- en borstkanker verlagen.
– Psychische gezondheid: Een tekort wordt in verband gebracht met angst, depressie en winterdip.
– Auto-immuunziekten: Vitamine D3 verkleint de kans op onder andere insuline-afhankelijke diabetes en reumatoïde artritis (reuma).
– Zwangerschap: Voldoende vitamine D3 beschermt tegen zwangerschap complicaties.
– COVID-19: Bij een tekort kan extra vitamine D3 het herstel versnellen.
Voor vragen over de eigen vitamine D3-status of advies over een goed supplement, is contact met de praktijk mogelijk via info@dokterslot.nl.
Bronnen
Studies:
Door op de hieronder vermelde onderstreepte links te klikken kunt u zelf de studies bekijken.
1. (2024) Association of Vitamin D Levels with Risk of Cognitive Impairment and Dementia: A Systematic Review and Meta-Analysis of Prospective Studies. Journal of Alzheimer’s Disease. https://doi.org/10.3233/jad-231381
2. (2015). Vitamin D for the Prevention of Alzheimer’s Disease (pp. 475–479). Academic Press. https://doi.org/10.1016/B978-0-12-411462-3.00049-7
3. (2024). The associations of serum vitamin D status and vitamin D supplements use with all-cause dementia, Alzheimer’s disease, and vascular dementia: a UK Biobank based prospective cohort study. The American Journal of Clinical Nutrition. https://doi.org/10.1016/j.ajcnut.2024.01.020
4. (2025). Evidence of Dementia Treatment using Vitamin D: A Systematic Review. East African Journal of Health & Science, 8(1), 62–78. https://doi.org/10.37284/eajhs.8.1.2642